1e "postvlucht" naar Indie

                                                                                                                     

     
 
een artistst impression en een foto van de H-NACC. De Fokker F-VII waarmee de eerste postvlucht naar Indie werd ondernomen.
 
 
 
Op 1 oktober 1924 werd de allereerste vliegtocht van Nederland naar Nederlands Indië ondernomen. Dat gebeurde met een éénmotorige Fokker F-VII met als gezagvoerder een vlieger van de KLM met de welluidende naam A.N.J. Thomassen à Thuessink van der Hoop; de tweede piloot was H. van Weerden Poelman en de boordwerktuigkundige was P.A. van de Broeke. Ter ere van van der Hoop werd een Nederlandse luchtpostzegel uitgebracht in 1928. Dit drietal volbracht deze vlucht in 127 uur en 16 minuten, verdeeld over 20 vliegdagen. De afstand was 15.373 km en er werden 19 tussenlandingen gemaakt. De gemiddelde snelheid was 120 km per uur.
 
 
 
 
De tocht verliep echter niet geheel vlekkeloos.                    
Op 3 oktober 1924 moest in Saladinovo in Bulgarije, een noodlanding worden gemaakt. De motor bleek ernstig beschadigd door oververhitting en bij de landing was tevens een landingsgestel bezweken.
 
 
 
 
 
 
 
Een nieuwe motor kostte f.12.000,-- en deze werd geschonken door weekblad “Het Leven”. Op deze foto staat de ingepakt motor gereed om per trein naar de gestande Fokker te worden vervoerd.
 
 
 
 
 
 
 
Boordwerktuigkundige van den Broeke plaatst de nieuwe motor in de H-NACC. Zoals u op de foto kunt zien, kan hij hierbij gebruik maken van de meest geavanceerde hulpmiddelen........Hoe dan ook, de bemanning kreeg het voor elkaar en op
2 november 1924 werd de reis met de nieuwe motor voortgezet en op 24 november 1924 kwam het toestel in Batavia aan.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Men was wel enigszins voorbereid op pech onderweg. Er ging bij elke vlucht, zeker toen er nog geen sprake was van geregelde vluchten, een aanzienlijke hoeveelheid reserveonderdelen mee. Dat ging dan wel ten koste van het nuttig laadvermogen.
 
 
Vlak voordat aan het laatste stuk zou worden begonnen werd in Sengora nog even onderhoud gepleegd. De drie bemanningsleden, van der Hoop, van Weerden Poelman en de imposante van den Broeke poseren gewillig voor de camera.
 
 
 
 
 
 
 
 
 Op 21 november 1924 om 06.17 uurkwam de H-NACC aan in Medan. De bemanning werd hier feestelijk onthaald. Er was ruim voldoende tijd voor dit feest, want volgens de planning zouden ze pas op 23 november 1924 vertrekken naar Muntok. Van der Hoop en van Weerden Poelman hadden zich voor de gelegenheid in een tropenuniform gestoken en van den Broeke had keurig een schone overall aangetrokken.
 
 
 
 
 
Op deze vlucht had het Comité Vliegtocht Nederlandsch-Indië 50 genummerde enveloppen meegezonden en werden op het traject Calcutta-Akyab ook nog 25 poststukken vervoerd. In totaal werden er, inclusief de poststukken die door de bemanningsleden zelf werden meegenomen, 276 brieven en 5 briefkaarten vervoerd. Deze poststukken werden vervoerd in een postzakje, dat door deze twee trotse beambten wordt getoond. Het opschrift op het zakje luidt: Nederlandsche Posteryen en het originele zakje is te bewonderen in het musem van de communicatie (het voormalige PTT museum).
 
 
 
 
Dat het een bijzondere gebeurtenis was, werd nog eens onderstreept door deze foto. De zogenaamde hoofdmandoer van het postkantoor van Weltevreden, genaamd Simien,  poseert hier met het beroemde postzakje. De man had voor de gelegenheid zijn onderscheidingen opgespeld.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Voor de terugreis naar Nederland werd de H-NACC gedeeltelijk ontmandeld en aan boord van de "Kertosono" gehesen.